zaterdag 21 juli 2012

Van Keylong naar Srinagar


Na 2 overnachtingen in Keylong gaan we weer op pad naar Sarchu, een afstand van slechts 120 km.  Appeltje eitje zo’n dagafstand. Na Keylong verandert het landschap met de minuut bijna, ongelofelijk wat een kleuren en formaties de bergen hier hebben. De weg is prima te doen, we zijn inmiddels wel wat gewend. We krijgen de Baralachala ( ongeveer 4900 meter) voor ons. Ik vind dit een van de mooiste passen hier, goede weg naar boven en wat een verschil de ene of de andere kant van de pas. Prachtig!!!!!! Bovenop de pas is het bord met de beschrijving verdwenen helaas en ligt onder een berg gebedsvlaggen.




We rijden naar beneden en het is adembenemend mooi…….. Onder aan de pas lunchen we in een van de bekende tentenkampjes langs de weg.




Om half 3 arriveren we in Sarchu. We gaan naar het fixed camp waar ik normaal vertoef als ik op reis ben maar er is geen plaats in de herberg voor ons. In het volgende kamp is er wel plaats. We hebben een prachtige tent met eigen toilet en wasgelegenheid. Ik ga wat in de zon zitten lezen en Mirjam gaat aan de klets met 2 Duitse vrouwen die ook in Keylong bij ons in hotel Tashi Deleg zaten. Na een tijdje maken Mirjam en ik een wandeling naar de kloof waar diep onderin de rivier stroomt.










Wat ook heel erg leuk is hier dat er grote marmotten zijn. We kunnen ze goed zien en ook horen!!! Wat een apart hoog piepgeluid maken die beesten zeg, past helemaal niet bij ze. Na de wandeling heb ik opens hele moeie benen en ga lekker in bed liggen lezen. We eten in de dining tent en we gaan vroeg naar bed. Inmiddels hebben we het hartstikke koud gekregen en ik ga naar bed met een muts op, sjaal en deken om, het is de hoogte waar we last van hebben, het is iets van bijna 4300 meter. We slapen heerlijk in de tent!!!!


De volgende ochtend gaan we op pad zonder te weten hoever we kunnen komen, het kan van alles afhangen. We rijden de vallei uit en komen langs een road sign met erop: Welcome to the paradise of India.




Dit is echt een paradijs!!! Wat een pracht hier; de rivier met de aparte rotsformaties in alle bedenkbare kleuren we gaan een andere vallei in en kijken terug naar Sarchu…… wederom onbeschrijfelijk die bergen. We gaan de Gata Loops omhoog naar de Nakeela La, deze is ongeveer 4800 meter hoog.




Het verkeer valt mee en het wegdek is redelijk goed te doen, geen fratsen hier, dat scheelt ;). Na de Nakeela rijden we naar de Lachalung La, deze is ongeveer 4900 meter. We rijden de pas naar beneden, het wegdek is niet je van het maar het gaat prima en onderweg naar beneden vallen we in de ene verbazing na de andere. Ik heb dit natuurlijk al een aantal keer mogen zien maar het blijft overweldigend, dit verveelt noooooit! Iedere 5 minuten verandert het landschap, van afgeronde toppen naar spitse pieken, weer een rivier, “canyon” rotsformaties, schitterende doorkijkjes etc.










We arriveren in Pang en lunchen daar met een Thukpa. De Duitste dames komen ongeveer tegelijk met ons aan. We hebben ze onderweg ingehaald, net voor een water crossing en zij, en hun driver, zijn erg onder de indruk van onze rijvaardigheid. Mag best gezegd worden vind ik J.




Na Pang gaan we richting de Tang La, dit is de 2 na hoogste berijdbare pas. Eerst hebben we een prachtig stuk asfalt waar we zelfs 100 km/u kunnen rijden.






Dit gaat een km of 20 goed en dan begint de ellende weer. Er zijn veel diversions en we moeten regelmatig door diep zand. Dit is niet mijn favoriete ondergrond en die van Mirjam ook niet. De truuk is om je eigen spoor te maken en niet te rijden wat al uitgesleten is , waar al het losgereden zand ligt. Ja ja, dat gaat een tijdje goed totdat Mirjam is een niet te voorziene gleuf komt (iedereen had hier ondersteboven gelegen) en een buiteling maakt, niets aan de hand, alleen nog meer zand in en op alles. We rijden de Tang La op, slecht wegdek, veel verkeer en de motoren krijgen, als we echt hoog komen, boven de 5 km, problemen. De mijne slaat vaak af en uiteindelijk kom ik in de 1e versnelling, volgas maar stapvoets boven grrrrrrrrr. Gelukkig heeft Mirjam hetzelfde euvel dus het ligt niet aan mijn of haar motor. Hier boven op de Tang La, iets van 5300 meter hoog, hebben we een geweldig uitzicht op, achter ons de Zanskar Range en voor ons de Ladakh Range. WE ZITTEN ECHT MIDDEN IN DE HIMALAYA!!!!!!!!!!






Zaten we al, maar hier is het des te meer duidelijk. Wat imposant is het en wat ben je hier nietig…….. We gaan naar beneden en na 10 minuutjes rijden staan we weer stil; road block. Ze zijn de weg aan het verbreden en er zijn explosives en na die explosies worden de rotsblokken naar beneden geschoven en kunnen we we doorrijden. In Lato, 40 km van de top van de Tang La, komen we terecht in een klein guest house waar we voor 150 roepies p.p kunnen overnachten.






Hier maken we kennis met Winnie en hij vertelde ons dat iedere Indier een nick name krijgt en dat die nick makkelijker is voor ons dan zijn Indiase naam. Winnie dus, en zeer interessante man, van onze leeftijd, wil al 30 jaar lang de trip doen die hij nu doet, heeft in Midden India Lodges met safaris, met nog veel meer. We eten gezamenlijk en drinken een biertje en zelfs nog 2 rummetjes, echt super gezellig. Ik wil weer graag een gebakken eitje bij het eten en ga het weer zelf bakken want hier kennen ze alleen maar ommeletten. Winnie wil dat ook dus ik ging aan de slag. De volgende ochtend ontbijt, weer gebakken eitjes, nu met chapatti, heerlijk. Mirjam houdt het bij chapattis met honing.




We nemen afscheid van Winnie en rijden naar Karu waar we nodig moeten tanken; we hebben voor de 1e keer de reserve tanks moeten legen. Voor we in Karu zijn komen we in Upshi waar er weer een Police Checkpoint is en waar we weer geregistreerd worden. Aan de ene kant denk je: wat een geode elke keer maar aan de andere kant is het juist goed; men weet wel wie er in een bepaald gebied is in het geval van calamiteiten. Karu is een legerstad op zich, je kan niet bedenken of het is er (ziekenhuis, eetzalen, opleidingscentra, rijschool, manege, scholen, winkels, shooting ranges etc.) en de weg gaat er dwars doorheen. 35 km voor Leh ligt Thiksey. Hier is een prachtige gompa en we gaan hier naar boven. In een van de tempels zijn monniken aan het bidden, zingen en muxiek maken. Vanaf het dak is het uitzicht adembenemend; de Indus Vallei is zo mooi groen en de bergen er omheen zo droog! Impressive, still…… We lunchen met een schaal macaroni die er heel goed in gaat. We roken de knoflook al voordat er geserveerd werd J














En dan: Op naar Leh!!! Dit is toch wel een soort van doel voor ons. Dit ligt zo erg afgelegen en het is zeker niet eenvoudig om er te komen! Ik rij voorop en ga proberen om in 1x naar de straat te rijden waar Gailson zijn Travel agency heft en het lukt nog ook! Ik rij iets te ver door, misschien 20 meter en zet de motor stil. Meteen vraagt iemand aan mij of ik Marika ben. Het is een medewerker van Gailson en Gailson zelf is inmiddels ook de straat op gekomen en roept vol bewondering uit: YOU DID IT, YOU’VE MADE IT!! WOW!!!! Na een superhartelijke begroeting en kennismaking van hem en Mirjam parkeren we de motoren en gaan met hem naar zijn kantoor. We krijgen wat te drinken en hij gaat telefoneren voor ons om een hotel te regelen. Dit is niet eenvoudig, het is druk in Leh. We gaan een stukje lopen om hier in het centrum iets te vinden. Dat lukt uiteindelijk nog best snel. Een fijn hotel, lekker in het centrum. Lekker douchen en omkleden is het volgende wat we doen en daarna gaan we de stad in. We komen Kahn tegen, een monteur die ik goed ken en we drinken een Lassi met hem en praten bij. We vertellen dat de keerringen van Mirjam lek zijn. Hij wil er graag naar kijken. Hij loopt mee naar de motor en er wordt afgeproken dat de volgende dag hij het lekken gaat stoppen. Bijvullen gaat niet. De Dalai Lama komt de volgende ochtend in Leh aan en Mirjam wil graag langs de kant van de weg gaan staan om hem te zien als hij in de auto voorbij rijdt. We hadden gehoord dat hij om 8 uur langs zou rijden dus Mirjam vroeg op pad. Ik loop een tijd later het straatje omhoog om te kijken of het internetcafe open is en ik zie een bekende op een Enfield aankomen. Ik houd hem aan en na het hallo etc. vraag ik waar hij heen gaat. Naar de Dalai Lama zegt ie. Ik vroeg of ik achterop mocht en in mijn Indiase outfit zat ik achterop en we waren nog net op tijd om een glimp van hem op te vangen. Het was een kleurrijk tafereel langs de kant van de weg; mensen van allerlei pluimage, van gewone arbeiders tot mensen in Ladakhi klederdracht.












De motor van Mirjam werd door Kahn gerepareerd en zelfs gewassen. Ik ben ‘s middags met Gailson ook naar de werkplaats gegaan om de motor te laten wassen. Hij zat bij mij achterop en naderhand zijn we een stukje gaan rijden door en uit Leh. Toen we een stuk uit Leh waren ben ik achterop gaan zitten en heeft Gailson gereden. Heel onverantwoord; zonder motorkleding of helm. Hij vond het geweldig en ik ook trouwens! Ondertussen was Mirjam aan het rondzeulen met haar topkoffer die ze naar Nederland wil versturen. De hulp die ze aangeboden kreeg bleek niets waard dus de koffer ging er weer op. Die avond hebben we met z’n 4-en gegeten in de Tibetan Kitchen wat super gezelig was. Ja en dan komt het afscheid nemen weer…. Ik wil hier blijven!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!! Maar ja, we moeten verder.
De volgende ochtend gingen we richting Kargil. Het eerste stuk na Leh is niet erg leuk; veel army en rommelig. Na een tijdje wordt het weer geweldig. We rijden langs het punt waar de Zanskar en de Indus in elkaar over gaan, mooi om te zien die 2 kleuren water die zich vermengen.




We lunchen in Lamayuru waar we aan tafel zitten met 2 Nederlanders die al 15 (!!!) keer in India geweest. And up we go to Kargil. Het landschap blijft onbeschrijfelijk mooi maar opeens is het anders….. de Ladakhi huizen zijn verdwenen en we merken aan alles dat we toch echt in Kashmir zitten. Ladakh is onderdeel van Kashmir maar het is klein Tibet zeg maar. Ow hier is het echt, echt anders, overall langs de weg staan militairen met geweren gericht op de bergen in Pakistan; alsof de Pakistani er zo uit komen hollen…. De dorpen zijn anders, het is er grimmiger, vuil en vaal. De omgeving blijft echter prachtig. We komen in Kargil en we informeren bij 2 hotels maar esluiten om het niet te doen; te duur en we voelen ons niet op ons gemak hier. Wat een naargeestige boel hier. Inmiddels is het we tijd om iets te vinden maar we besluiten om door te rijden tot we iets anders zien. Na het ene drama na het andere te hebben doorstaan (files van legertrucks en vrachtwagens die geen centimeter voor elkaar wijken en dus ook niet voor ons) ziet Mirjam een mooi huis en we besluiten om gewoon aan die mensen te vragen of we er mogen slapen. Het enige wat we willen is een dak boven ons hoofd, het maakt niet uit hoe of wat. We worden ontzettend hartelijk ontvangen door de familie die 19 personen telt. Opa en oma, een paar kinderen met aanhang en een stel kinderen. We delen balonnen uit wat een groot success is. Ons wordt een mooie kamer toegewezen en met onze matjes en slaapzakken installeren we ons daar.








Wat zijn de mensen nieuwsgierig zeg, zelfs als je aangeeft dat je je wil omkleden blijven ze gewoon in de kamer staan, ook de mannen! Wegsturen dus en dan kijken ze door het raam van buiten, gordijnen dan maar dicht hahaha. We krijgen thee aangeboden en we gaan bij de familie in de schitterende keuken zitten. We spelen nog wat met de kinderen en praten met de zoon des huizes en daarna gaan we naar onze kamer en krijgen eten geserveerd; rijst met een groentegerecht, echt heerlijk. We gaan slapen en de volgende ochtend krijgen we thee met koekjes en we gaan inpakken. Mirjam vraagt wat we hen schuldig zijn maar we mogen niets betalen………….. beschaamd geef ik nog maar een handvol balonnen en we gaan weer op pad naar Srinagar. Meteen is het bal, we zitten weer midden in de rotzooi op de weg en dit is nog wel National Highway 1!!! Tjeezus meteen niet te zuinig offroaden in het vetdrukke verkeer maar we kunnen het, draaien onze hand er niet meer voor om. Je zou eens moeten zien hoe Mirjam door de berm inhaalt hahahah!!!




We hebben nog 1 pas te gaan voordat we de Hima’s uit zijn. Het is zo verschrikkelijk mooi hier, de Kashmiri Nomads met hun schapen, geiten en paardjes. Ze wonen op de hoogvlaktes in tenten wat een prachtig kleurrijk gezicht is.














De pas zelf is met name in de afdaling constant trailen en dat in het drukke verkeer!!!! Na de lunch willen we wegrijden en er komt zowaar een BMW R100GS aangereden! Het is Guenther uit Duitsland die een half jaar aan het reizen is en die verbaasd is om 2 dames op een GS hier aan te treffen. Hij heeft in Hamburg een reisbureau die motorreizen verzorgt in heel India. Ik kan meteen bij hem aan de slag, geen probleem. Om maar weer eens te zeggen: Hoe leuk is dat????!!! Srinagar komt in zicht en we zijn al om 14.00 uur in de stad. We gaan op zoek naar het Dal Lake en we besluiten om hotel Walisons te nemen (Mirjam heeft heel goed afgedongen op de prijs, echt supergoed J) Omdat de visa nog niet opgestuurd zijn besluiten we om 2 nachten hier te blijven. We gaan wandelen langs het meer en worden er niet goed van hoe vaak we aangesproken worden. Als we moeten antwoorden op alles wat er gezegd wordt tegen ons dan kunnen we niet meer praten na 2 uur dus antwoorden we meestal niet. Dat wordt niet in dank afgenomen maar ja, das hun probleem. De 2e dag doen we rustig aan, zetten geen wekker en gaan met de tuk-tuk naar Lal Chowk, de wijk waar de winkels zijn en de markten. Ik koop en tas omdat de rits van mijn ortlieb het begeven heeft en Mirjam wil nog steeds haar topkoffer versturen. Stom postkantoor…………… dat kan alleen maar op dinsdag en vrijdag maar in Jammu en Amritsar kan het ook wordt er gezegd, we zullen zien. We werken nu het blog bij en morgenochtend gaan we weer op pad naar Jammu!

1 opmerking:

  1. Dag Marika,

    Wij willen volgen jaar ongeveer hetzelfde traject afleggen met onze fietsen - knn we op één of andere manier in contact komen en info uitwisselen?

    Groeten,
    Joris

    joris.vanlommel@hotmail.com

    BeantwoordenVerwijderen